BRU ACTUALITEIT AGENTSCHAP VZW

BRU ACTUALITEIT AGENTSCHAP VZW

BRU logo zwart
Nieuws

Nood aan effectieve bescherming van grindbedden in de Belgische Noordzee

BRUSSEL/NOORDZEE – Grindbedden in de Belgische Noordzee herbergen een unieke fauna die kwetsbaar is voor bodemberoerende activiteiten. Momenteel zijn deze riffen het doelwit van bodemvisserij. Deze paradox onderstreept de nood aan een effectievere bescherming van mariene grindbedden en hun fauna.

De Belgische zeebodem bestaat voornamelijk uit zachte sedimenten die zijn gestructureerd in een prominent systeem van grote zandbanken. Ongeveer 16% van de zeebodem bestaat echter uit natuurlijke harde substraten, doorgaans ‘grindbedden’ genoemd. Hier bestaat de bodem deels uit hard materiaal dat varieert van grind tot kiezelstenen, kasseien en grotere rotsblokken. Deze grindbedden liggen verspreid binnen de overwegend zandige omgeving.

De harde substraten bieden een stabiel houvast voor een unieke, diverse en gespecialiseerde fauna, en kunnen als ‘stenige riffen’ worden beschouwd. Verschillende levensvormen, zoals zachte koralen en vertakte waterpoliepen en mosdiertjes, vormen hier complexe driedimensionale structuren. Deze gebieden, die worden gekenmerkt door een grotere habitatcomplexiteit en heterogeniteit in vergelijking met de omliggende zandomgeving, fungeren als oases en dienen als toevluchtsoord, vestigings-, foerageer-, paai- en kraamkamer voor organismen op verschillende niveaus van het voedselweb. Veel van deze soorten zijn van commercieel en natuurbehoud belang. Deze habitats zijn ecologisch even waardevol als kwetsbaar, en zeer gevoelig voor antropogene verstoringen waaronder visserijen met bodemcontact.

Minimaal verstorend onderzoek

Een dieper inzicht krijgen in de gevolgen van commerciële bodemberoerende visserij op stenige riffen in de Belgische Noordzee was het doel van het onderzoek onder leiding van Giacomo Montereale Gavazzi en collega-onderzoekers van de MARECO-groep (Marine Ecology and Management) van het Instituut voor Natuurwetenschappen. Hun resultaten, over een periode van zeven jaar (2016-2022), worden gepresenteerd in een publicatie (2023) in het wetenschappelijke tijdschrift Frontiers in Environmental Science.

De studie concentreerde zich op twee verschillende offshore stenige rifgebieden in het Belgische deel van de Noordzee: het noordwesten en de Hinderbanken. De noordwest-locatie, voor het eerst waarge- nomen in 2018 en gevierd als hotspot voor biodiversiteit, is aangewezen als zoekgebied voor de bescherming van biodiversiteit, maar ook als prospectie-gebied voor de winning van mariene aggregaten (zand/grind) in het kader van het Marien Ruimtelijk Plan 2020 – 2026 dat momenteel van kracht is. Het Hinderbanken-gebied overlapt gedeeltelijk met het Mariene Beschermde Gebied ‘Vlaamse Banken’ onder de EU-habitatrichtlijn, die in 2012 werd afgebakend om riffen en zandbanken te beschermen.

Omwille van de kwetsbaarheid van deze habitats paste het onderzoeksteam uitsluitend minimaal invasieve technologieën toe. Gegevens over commerciële visserij activiteiten (het in kaart brengen van de ruimtelijke en temporele verdeling van de visserij), hydro-akoestiek (het in kaart brengen van de zeebodem met geluidsgolven) en onderwaterfotografie (documentatie van de structuur enfauna van de zeebodem) werden gecombineerd om een uitgebreid overzicht van de ecologische toestand van de beide gebieden te verkrijgen. De data-analyse bevestigde dat beide tijdens de onderzochte periode hotspots waren voor bodemvisserij.

Riffen als hotspots voor visserij

De noordwestelijke locatie heeft tussen 2021 en 2022 een enorme groei in de visserij activiteiten doorgemaakt (32% toename van het aantal actieve vaartuigen), waarbij de totale omvang van hetverstoorde gebied 86% bedraagt. In de Hinderbanken werd het geschatte verstoorde gebiedberekend op 89%, en hoewel de visserij activiteiten hier tussen 2021 en 2022 met 60% zijnafgenomen, staat dit gebied al eeuwenlang chronisch onder zeer hoge visserijdruk.

De intense visserijdruk vertaalt zich in de bodembewonende levensgemeenschappen van deze grindbedden. Deze verschoven van immobiele, langlevende en habitat bepalende soorten met eenlaag weerstands- en herstelpotentieel tegen verstoring (typisch voor dergelijke habitats) naar opportunis-tische soorten die deze typische kenmerken missen. Het effect dat bodemvisserij met sleepnetten heeft op de zeebodem werd ook duidelijk door de sleepsporen die werden vastgelegd door de hydro-akoes-tische onderzoeken. De vissersschepen lieten ploeg-sporen achter in het landschap en maakten de zeebodem in het algemeen vlakker. Deze impact bleef minstens vier maanden aanhouden. De resultaten illustreren duidelijk dat bodemvisserij met sleepnetten schadelijke effecten kan hebben op de ecologische functionaliteit van deze kwetsbare biotopen.

Mariene Ruimtelijke Planning

Hoewel beide onderzoekslocaties onderworpen zijn aan verschillende milieubeheerregimes, delen
ze een gemeenschappelijke uitdaging met betrekking tot aanhoudende directe antropogene verstoring.

Gezien het feit, dat het Hinderbanken-gebied is aangewezen als Marien Beschermd Gebied, wordt het duidelijk dat deze wettelijke status alleen onvoldoende is om het gewenste niveau van bescherming te bereiken.

In het huidige Marien Ruimtelijk Plan is een uitgebreidere regelgeving echter in voorbereiding. Beide stenige riflocaties zijn aangewezen als zoekzones voor bescherming van de zeebodem met de bedoeling bodemverstorende visserij praktijken te beperken, om natuurherstel en -behoud te vergemakkelijken.
De studie van Montereale Gavazzi en zijn collega’s levert aanvullende wetenschappelijke informatie op, die in aanmerking kan worden genomen voor het volgende Marien Ruimtelijk Plan en ondersteunt als zodanig de bescherming van de lokale natuurlijke biodiversiteit. De resultaten pleiten krachtig voor adequate regulering van bodemberoerende visserij in grindbedden en benadrukt het belang van het vertalen van de geplande beheersmaatregelen naar de concrete realiteit.

Extra uitdagingen

Tegelijkertijd dingen andere menselijke activiteiten naar dezelfde ruimte. Zo overlapt de geplande
Prinses Elisabethzone voor offshore windparken met het Marien Beschermde Gebied ‘Vlaamse
Banken’ en wordt de winning van mariene aggregaten onderzocht op de noordwestelijke
locatie.

Wat de Prinses Elisabethzone betreft, heeft de EDEN2000 -studie ‘Exploring options for a nature-proof Development of offshore wind farms inside a Natura 2000 area’, eveneens gecoördineerd door het MARECO-team (2019-2023), de nodige kennis opgeleverd voor een natuurvriendelijke ontwikkeling van offshore windparken.

EDEN2000 werd uitgevoerd in opdracht van voormalig minister van Noordzee Vincent Van Quickenborne en de Dienst Marien Milieu van de Federale Overheidsdienst Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedsel keten en Leefmilieu. De resultaten dienen als advies in het kader van openbare aanbestedingsprocedu- res voor de bouw van offshore windturbines onder de verantwoordelijkheid van AD Energie van de FOD Economie.

Deel dit artikel
Facebook
Twitter
LinkedIn
4 december 2023
Geschreven door
BRU redactie (RMK)
Nieuws