BRUSSEL – Agentschap Wegen en Verkeer (AWV) voert opnieuw campagne om bestuurders aan te sporen bij file altijd een vrije ruimte te maken tussen de linker- en andere rijstroken. Campagnes blijken effectief, maar de reddingsstrook is nog niet overal een realiteit bij vertraagd verkeer.
Sinds eind 2020 zijn bestuurders op Belgische wegen verplicht om een reddingsstrook te vormen bij file op wegen met meer dan één rijstrook. Van zodra het verkeer vertraagt, rijden bestuurders op het linkerrijvak zo veel mogelijk links. Al de rest rijdt zoveel mogelijk rechts en dat zonder de witte lijnen te kruisen, tenzij het niet anders kan.
Hulp- en takeldiensten gebruiken de vrije ruimte om in één vlotte beweging tot bij de plaats van een ongeval te rijden. Mensen in nood worden zo veel sneller geholpen. Ook de verkeershinder daalt na een ongeval; takeldiensten zijn sneller ter plaatse om de weg vrij te maken. De reddingsstrook is verplicht aan te houden zolang de file duurt, dus ook na de doorrit van de eerste hulp- en takelvoertuigen.
Kennis groeit, gedrag blijft nog achter
Deze maand voert Vlaams minister van Mobiliteit en Openbare Werken Lydia Peeters samen met het Agentschap Wegen en Verkeer (AWV) opnieuw campagne rond de reddingsstrook. Campagnes werken; twee derde (66%) van de mensen die de vorige campagne zagen, vormt nu vaker de reddingsstrook. Onderzoek toont ook dat de kennis over de reddingsstrook toeneemt.
Minister Peeters is blij dat de volgehouden campagnes lonen, maar ze ziet ook nog ruimte voor verbetering: “4 op 5 van de ondervraagde Vlamingen geeft ondertussen aan dat ze de juiste definitie van de reddingsstrook kent, en ik geloof dat dit aandeel na deze campagne nog zal stijgen. Helaas zien we dat correct begrip niet altijd vertaald naar correct gedrag op de weg tijdens files. Onze nieuwe campagne gaat nu extra inzetten op die gedragsverandering.”
Naast blauwe, nu ook oranje-gele knipperlichten over reddingsstrook
Naast prioritaire voertuigen met een dringende opdracht zoals ambulances, brandweerwagens en politievoertuigen, mogen sinds vorig jaar ook voertuigen die door het openbaar ministerie of de politie worden opgeroepen voor bijstand bij een incident langs de reddingsstrook rijden. Dat gaat over bijvoorbeeld takeldiensten en dienstvoertuigen van AWV. Voorwaarde is dat ze hun oranje-gele knipperlichten gebruiken.
Meekijken met de wegpolitie vanuit de lucht en in de file
Om mensen verder aan te sporen om de vrije ruimte te maken bij file, delen AWV en de Federale Wegpolitie beelden vanuit de helikopter en vanuit de politiewagen. De beelden tonen hoe het zoeken en wringen is voor hulpvoertuigen om zich een weg te banen tussen het vertraagd verkeer. Ook getuigen hulpverleners, politie en takeldiensten op social media over het belang van de reddingsstrook.
Verder verschijnt de campagne op meer dan 200 affiches langs autosnelwegen en gewestwegen, en roepen digitale tekstborden op om de reddingsstrook te vormen. “Ook zijn we erg dankbaar voor de vermeldingen van de reddingsstrook tijdens de verkeersbulletins op radio. Onze evaluatie toont dat die vermeldingen van grote waarde zijn bij het helpen bekendmaken van de reddingsstrook,” vult minister Peeters aan.
