BRUSSEL – Onderzoek toont dat de pedagogische kwaliteit in opvang van baby’s en peuters is toegenomen. Ook ouders zijn erg tevreden over hun opvang. Maar er blijft marge voor verbetering.

Uit een onderzoek van de KU Leuven en de U Gent blijkt dat de pedagogische kwaliteit in de kinderopvang in Vlaanderen en Brussel is verbeterd sinds de vorige meting in 2016. Het wetenschappelijk instrument MeMoQ wordt gebruikt om deze kwaliteit objectief te meten.

Uit het onderzoek blijkt dat kinderen zich over het algemeen goed voelen in de kinderopvang, maar dat er nog ruimte is voor verbetering, met name op het gebied van educatieve ondersteuning en groepsverbondenheid.

Groepsgrootte

De onderzoekers benadrukken, dat de groepsgrootte en de ratio van het aantal kinderen per begeleider, een duidelijke invloed hebben op de pedagogische kwaliteit. Uit het onderzoek blijkt ook, dat een hoger aantal kinderen per begeleider gepaard gaat, met een lagere kwaliteit van welbevinden, betrokkenheid en educatieve ondersteuning, vooral bij baby’s en peuters. Naar aanleiding van deze resultaten heeft de Vlaamse Regering besloten om de ratio tussen 2024 en 2026 te verlagen en subsidies hiervoor te voorzien.

Aanbevelingen

Het rapport bevat aanbevelingen voor zowel de praktijk als het beleid, waaronder een duidelijk groeipad voor ouders in de kinderopvang, een verlaging van de ratio naar 1 op 5 en investeringen in meer pedagogisch gekwalificeerd personeel. Opgroeien, de organisatie achter het onderzoek, zal de aanbevelingen verder verspreiden en toelichten aan stakeholders uit de sector.

​